Wie durft?

11-12-2020: Van deze stelling is op 2 november door Leon ter Beek een probleem opgegeven, dat door Ton Snoeren meesterlijk is opgelost.

Nieuwe uitdagende vraag: Wie kan het hele probleem oplossen? Namelijk: Hoe begint en wint wit?
Van begin tot eind dus.
Als je dit kunt, ben je eigenlijk een standbeeld waard. Je mag je dan zelf gerust een kerstkrans cadeau doen.

Ter controle geeft Leon de hele oplossing. Kijk daarvoor maar bij: ‘Lees verder’.

11-12-2020: Leon geeft van de hele studie een uitvoerige beschrijving met de oplossing erbij. Kijk maar bij ‘Lees verder’.

De volledige studie!

Door LtB

Op 2 november heeft Tjeu een stukje van mij op de website gezet waarin ik een deel van een probleem gaf, dat door John Nunn als een van zijn favoriete studies werd betiteld. Ik had die stelling op internet gevonden, maar tot nu toe was het mij niet gelukt te achterhalen van wie de studie was en wat de beginstelling van de studie was.

Toen ik vanmiddag op zoek was naar een onderwerp voor een nieuw stukje, bladerde ik door een verzameling eindspelstudie van de bekende eindspelcomponist Genrik Kasparjan. En wat bleek: het probleem dat ik op 2 november op de site had laten zetten bleek van hem afkomstig! Ik kan dus nu de volledige studie geven.

Het is een studie van G. Kasparjan en S.A. Goerwitsj die dateert uit 1955.

De beginstelling is als volgt:

 

De opgave luidt: wit wint.

Ik geef nu meteen de volledige oplossing. Het gaat als volgt:

1. Lg7-d4†

Spelen op het vangen van het paard leidt niet tot het doel: 1. Txf2? Pxf2 2. gxh3 Pxh3 3. Lxh6 Kd5 4. Kf3 Ke5 5. Kg3 Pg1 6. Kf2 Ph3† enz. met remise. Slecht is natuurlijk 1. Ke2?? hxg2.

1… Kc5-d5! 2. Ke3-e2

Nu zijn de zwarte pionnen voorlopig onschadelijk gemaakt: 2… hxg2 3. Lxf2; 2… Kxd4 3. gxh3; 2… Pg3† 3. Kxf2 h2 4. Ta1. Zwart is daarom genoodzaakt, de h-pion op te spelen.

2… h3-h2

Dreigt 3… Pg3†.

3. Ta2-a1 f2-f1D†!

Het offer van de f-pion geeft zwart tegenspel.

4. Ke2xf1 Kd5xd4

Het slaan van de loper is absoluut noodzakelijk, want na 4… Pg3† wint wit gemakkelijk: 5. Kf2 h1D 6. Txh1 Pxh1 7. Kg1. Met 4… Kxd4 hernieuwt zwart de dreiging 5… Pg3†. Nu is de stelling bereikt die op 2 november op de site stond. Voor de volledigheid geef ik nog het afspel:

5. g2-g4!!

Het begin van een effectieve slotcombinatie, die tot winst leidt. Wit komt niet verder met 5. Ta4†? Ke5 6. Th4 Pg3† 7. Kf2 h1D 8. Txh1 Pxh1† 9. Kf3 h5.

5… Pg3+ 6. Kf1-g2   h1D(†)

Hier dringt zich automatisch de voortzetting 7. Txh1 Pxh1 8. Kxh1 op, die echter slechts remise oplevert — na 8… Ke4 9. Kg2 Kf4 10. Kh3 h5 11. gh5 Kg5. Maar komt met een fraai sloteffect:

7. Kg2xg3!!

en wit wint, omdat de nieuwe dame geen veld heeft om zich in veiligheid te brengen.

Voorwaar een indrukwekkend geheel!

Bron: H. Kasparian, Zauber des Endspiels, Düsseldorf 1974, p. 81.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

leon geeft 

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *