10 juni 2020: Waarom buitelden Stan, Johan en Ton laatst op de Kentering-app over elkaar heen met vragen en opmerkingen? Liefde, beste lezer. Ze werden door liefde voor het schaakspel gedreven. Die roept immers ongeduld op, nieuwsgierigheid, vrolijkheid, vindingrijkheid en noem maar op.
Liefde voor het schaakspel kent vele gezichten. Eén ervan is dat van Mikhail Tal, die in 1960 het wereldkampioenschap veroverde op Botwinnik. Zijn frisse, aanvallende speelstijl werd gekenmerkt door vele, meestal terechte, offers. Het offer maakt van een schaakpartij immers een adembenemend avontuur, waarin je de tegenstander meeneemt, “een diep, donker bos in, waar 2+2=5”, zoals Tal het zelf zei.
In de onderstaande partij tegen de IJslander Hjartarson offert Tal in het eindspel een loper, waarna hij onweerstaanbaar naar de winst speelt. Echt indrukwekkend zijn de slotzetten van Tal, waarin hij opnieuw prachtig had kunnen offeren, zijn dame nog wel, maar dat met opzet niet deed. Waarom? Respect, beste lezer. Liefde dus. Hij zag af van een opzienbarende matcombinatie met een dame-offer. Dat zou alleen “voor de Bühne” zijn geweest, verklaarde Tal later desgevraagd. Hier paste volgens hem geen show bij. Hij kon enkel zo spelen, zoals Gert Ligterink het in de Volkskrant formuleerde, doordat hij door ware liefde voor het spel gedreven werd. In dit geval door respect voor zijn tegenspeler, maar eveneens, en dat klinkt u misschien wonderbaarlijk en ongelooflijk in de oren, door respect voor één van zijn schaakstukken, het paardje van b1! Dat paard had in deze partij maar liefst 12 sprongen gemaakt. Het was door zijn reuzenreis over het bord Tal zó lief geworden, dat hij het de 43e zet Pg8+ gunde, in plaats van het dame-offer Dg7+, zodat het dierbare paardje de partij mocht beslissen.
Die tocht van Pb1 – Pd2 – Pf1 – Pe3 – Pc2 – Pxa1 – Pb3 – Pa5 – Pc6 – Pxe5 – Pg4+ – Ph6+ – Pg8+ was immers het offeren van een offer dubbel en dik waard. Een voorbeeldig, liefdevol gedrag, een wereldkampioen waardig.
Daar zullen Stan, Johan en Ton van smullen.
Mikhail Tal – Hjartarson
1. e4 e5, 2. Pf3 Pc6, 3. Lb5 a6, 4. La4 Pf6, 5. 0-0 Le7, 6. Te1 b5,
7. Lb3 0-0, 8. c3 d6, 9. h3 Pa5, 10. Lc2 c5, 11. d4 Dc7, 12. Pbd2 Ld7,
13. Pf1 cxd4, 14. cxd4 Tac8, 15. Pe3 Pc6, 16. d5 Pb4, 17. Lb1 a5,
18. a3 Pa6, 19. b4 g6, 20. Ld2 axb4, 21. axb4 Db7, 22. Ld3 Pc7,
23. Pc2 Ph5, 24. Le3 Ta8, 25. Dd2 Txa1, 26. Pxa1 f5, 27. Lh6 Pg7,
28. Pb3 f4, 29. Pa5 Db6, 30. Tc1 Ta8, 31. Dc2 Pce8, 32. Db3 Lf6,
33. Pc6 Ph5, 34. Db2 Lg7, 35. Lxg7 Kxg7, 36. Tc5! Da6, 37. Txb5
Pc7, 38. Tb8! Dxd3, 39. Pcxe5! Dd1+, 40. Kh2 Ta1, 41. Pg4+ Kf7,
42. Ph6+ Ke7, 43. Pg8+ (in plaats van: 43. Dg7+ Pxg7, 44. Pg8+
Kf7, Pg5#) Zwart geeft op.
Geweldige partij van Tal, mijn favoriete speler ( na Albin Planinc dan…..).
Leuk stukje, Tjeu!